Onze eerste 'BuurtBlikVanger' avond voor Geuzeveld/Slotermeer was een fijne knusse bijeenkomst (terwijl het buiten sneeuwde!)
Hier het uitgebreide verslag (notulen, weet niet of we dit iedere keer zo zullen doen ;)
Opening/ welkom
Jan opent het 1e BuurtBlikVangers Event. Hij wilde aanvangen bij een aanwezigheid van minstens twintig mensen en dat is gelukt. Het is een mix van nieuwe en bekende gezichten en hij hoopt dat iedereen elkaar gaat leren kennen.
Er is nog geen vaste invulling van dit buurtblikvangers event dat over Slotermeer/ Geuzenveld zal gaan, en ook nog niet voor de 2e, 3e en 4e edities die over Slotervaart, Osdorp en Sloten gaan. De data zijn al wel bekend:
Komende BuurtBlikVangersEvents van 19:00 - 21:00
- 2 juni - Slotervaart (Ru Paré)
- 23 juni - Osdorp (Stadsboerderij)
- 1 Sept - Sloten (Dorpshuis)
- 29 Sept - Geuzenveld/Slotermeer (De Honingraat)
Veel van de informatie die hier vanavond gedeeld wordt, komt ook in de krant van Amsterdam, die eind april uitkomt. Er zou iemand van Westerpost aanwezig zijn, maar die is verhinderd; daarom wordt de vergadering gefilmd zodat aan de hand hiervan later een artikel geschreven kan worden.
Jan maakt het programma van de avond bekend, en geeft het woord daarna aan Larissa. Zij introduceert zich aan de groep en vertelt dat ze o.a. een buurtbudgetplan heeft geschreven, aangezien haar buurt sterk vervuild was. Ze vertelt over het August Allebepleinfeest dat ze heeft georganiseerd, waarbij ze alle winkeliers een kliko heeft aangeboden, om zwerfafval tegen te gaan. Er wordt gevraagd of iemand anders uit de groep al een verhaal omtrent afval in zijn of haar buurt wil delen.
Jan wil graag beginnen. Hij vertelt dat hij deze week langs de Sloterplas kwam en daar een duiker uit het water zag komen. Alleen, terwijl dat normaliter niet mag. Deze duiker bleek de bodem van de Sloterplas schoon te maken.
Rode draad/ doel van de avond: misschien per buurt in Nieuw-West een paar ogen, oren en neus om in de gaten te houden wat er speelt op het gebied van afval. Deze persoon moet gaan signaleren wat er zoal gebeurt, en zou wellicht in een later stadium aan tafel kunnen gaan met de gemeente. Dat is het idee vanuit VuilnisOproer Nieuw-West (VO).
Er is al een whatsappgroep met wat mensen, maar VO wil deze kring uitbreiden. Nieuw-West bestaat uit zo’n 19 buurten en ideaal zou zijn om per buurt 1 zo’n gesprekspartner aan te stellen. Wat zo iemand precies gaat doen, wordt die avond nog besproken. Er wordt al geworven in de buurt en ook aan containeradoptanten wordt gedacht. Die zijn al betrokken bij de buurt. Er zijn nu zo’n acht a tien buurtblikvangers, en dat moeten er zo’n honderd gaan worden. Mensen met tijd, en compassie. Wat het werk precies inhoudt, dat weet VO nog niet; dat zal het traject gaandeweg leren. Oproer staat voor: ergens tegen in opstand komen. VO is niet TEGEN de gemeente, maar MET de gemeente. Het werk zal in ieder geval omvatten dat je samenkomt en overlegt over bepaalde afvalproblematiek.
Tijd voor een intermezzo, buurtbewoner Judith wil graag iets kwijt: ‘Ik heb me de laatste jaren enorm ingezet voor Osdorp. Maar als ik zie hoeveel tijd ik erin gestopt heb en wat de resultaten zijn, ben ik geneigd om af te haken. Mensen die prikken en ik worden ontmoedigd. Ik voel me niet serieus genomen, en de gebiedsmakelaar loopt tegen zijn grenzen aan. De gebiedscoördinator heeft geen benul van wat er in de buurt speelt. Ik mis overleg en afstemming met de gemeente. Ik loop daar tegenaan en word er emotioneel van.’
Peter vraagt als reactie hierop een voorstelrondje aan, zodat iedereen even kort kan toelichten waarom hij of zij er is en uit welke buurt men komt.
Iedereen stelt zich voor, de een uitgebreider dan de ander, maar er blijkt een goede mengeling van buurtbewoners en mensen die werkzaam zijn bij de gemeente aanwezig te zijn. Uit de voorstelronde blijkt ook dat bij de verschillende buurten verschillende problematiek speelt en verschillende aanpak nodig is.
Men signaleert verschillende afvalproblemen: afvaltoerisme, bijplaatsingen, vuilnisincontinentie (men ziet het afval niet of heeft met heel andere problematiek te maken), iedereen lijkt welwillend maar er is een gebrek aan mandaat en continuïteit binnen de gemeente. Verantwoordelijkheid wordt te veel bij burgers gelegd.
Vanuit de gemeente klinken de volgende wensen en opmerkingen: spil tussen gemeenten, diensten en bewoners, blijft een zoektocht. Aansluiting binnen gebieden, kracht vanuit de wijk benutten, buurtconciërge geeft aan dat mensen wel een schone buurt willen, maar de weg ernaartoe niet weten.
De volgende initiatieven vanuit buurtbewoners worden genoemd: statiegeld voor zwerfafval, goed gedrag belonen, prikkers, een schoon Sloterstrand, plannen indienen vanuit stadsdeelcommissie, de natuurkamer schoon en goed maken, door mensen te mobiliseren, buurt in beweging te krijgen, kliko’s regelen voor winkeliers. Blijven praten en de kracht van verbinding. En zoek de kracht van de massa. Als burger heb je vaak meer ruimte en vrijheid dan een ambtenaar of politicus.
Leden van de VO vertellen over hun motieven en bijdragen aan het VO.
Jan wil zijn frustratie uiten over iets dat hij als containeradoptant meemaakte. Onlangs brandde in zijn wijk een scooter uit. Hij heeft dat gemeld, en dezelfde dag werd er door de gemeente gekeken wat er aan de hand is. De scooter bleef vervolgens liggen en op zijn vraag waarom, meldde de gemeente dat de eigenaar verantwoordelijk was en de scooter moest weghalen. Dat is gebeurd, maar de accu bleef achter. Chemisch afval. Vervolgens wederom gemeld waarop drie gemeentemedewerkers weer kwamen kijken, die er een half uur over hebben gedaan. 3x een half uur tijd, en in totaal 3-4 uur aan besteed. Dat kan toch anders? Jan kreeg de gelegenheid om de nieuwe wethouder een rondje te laten lopen door de wijk, en legde hem de situatie voor. Zijn antwoord was dat dit de enige werkwijze was, en Jan heeft er moeite mee dat te geloven. De processen moeten beter bekeken worden en dat is een van zijn drijfveren deze avond. VO volgt een bepaald spoor, maar de gemeente volgt een ander spoor. Daar kan Jeroen meer over vertellen.
Jeroen (gemeente)
‘Ik hoor aangrijpende verhalen maar er zijn ook kansen. Er zijn veel ontwikkelingen bij de Wpd: wijkpraktijkdiensten. Zij doen een analysebijeenkomst. Wat zien ze aan problemen en welke kansen? Daarbij zijn er drie belangrijke punten:
1 afval
2 eigenaarschap
3 meldingsbereidheid
Niets doen op punt 3, wel op 1 en 2. Dan gaat 3 vanzelf omhoog.
Op den duur gaan mensen melden, en dat is wat je wilt. Je hebt de energie van buurtbewoners nodig. Met simpele acties en iets meer inzet kun je veel bereiken. Vanuit de gemeente moet men voor en naast de buurtbewoners gaan staan, en het moet veilig blijven.’
Peter vertelt dat er wordt gewerkt aan een masterplan nieuw-west; op het gebied van wonen, leefbaarheid, veiligheid. Bewoners en VO moeten daarin een plek innemen.
Jan geeft aan dat er uit het verhaal Jeroen en Peter blijkt dat er 2 zielen, 1 gedachte zijn. Er zijn verschillende sporen en die moeten naar elkaar komen. Daar is nu het moment voor aangebroken. Vanavond is er het uitgelezen moment voor. We moeten met de gemeente aan tafel kunnen zitten zodat er korte lijnen zijn. Er is waarschijnlijk budget voor, en wellicht kunnen de buurtblikvangers ervoor beloond worden. Interessant om dat als pilot op te zetten. Er is momenteel geen beleid, iedereen pakt het anders aan. Misschien kan VO zo’n beleid helpen vormgeven.
Peter kreeg van een Marokkaanse medewerker te horen dat ze het VO een supergoed initiatief vond, maar dat het wel voornamelijk bestond uit witte mensen uit de middenklasse. Maar er zijn veel meer netwerken actief vanuit schoon, heel en veilig. Aan de hand daarvan heeft Peter een ramadan bijeenkomst bezocht waar onder andere duidelijk werd dat er bijvoorbeeld redelijk wat moskeeën prikgroepen hebben, en dat er in die kringen ook veel gebeurt op het gebied van schoon, heel en veilig. Voor de wijk. Er zijn dus nog wel werelden te verbinden.
Pauze na 1 uur 12 minuten
Jan wil de opzet van de avond iets veranderen: het blijkt een experimenteer avond. Eerste insteek was om op te splitsen in werkgroepjes, maar het kan ook plenair. VO wil vooral openstaan voor hoe de avond zich ontwikkelt. Het lijkt hem interessant om verder in te haken op de discussie die ontstond tussen Peter en Jeroen, die allebei een andere visie hebben. Jan wil dat gebruiken om te kijken of VO het beste kan gaan werken vanuit een systeemoplossing (Peter) of vanuit gewoon te doen (Jeroen).
Beiden krijgen de mogelijkheid een pleidooi te doen, kort en bondig. Vervolgens kan iedereen aangeven bij wie hij of zij zich aansluit.
Peter
‘Ik ben niet van of of, maar van en en. Intentie is een gedeelde focus te maken, gedeelde visie te ontwikkelen, i.c.m. doen en daardoor successen te boeken.’
Jeroen
‘We beogen eigenlijk hetzelfde, maar we moeten nu gewoon doen om de energie van de wijk niet kwijt te raken. Er moet zeker een systeemoplossing komen. Zolang dat nog niet geregeld is, moeten we handelen.’
Jorine
‘Wat is de rol van de blikvanger? Degene die de ogen is voor de doener, en vanuit het masterplan. Zonder info van de bewoners kun je geen oplossingen vinden. Plus de ene plek is de andere niet. Oplossing zit zowel in doen als systeemoplossing. Dat is wat de buurtblikkers moeten oppakken, die moeten in het systeem zitten.’
Judith
‘Dat vergt regelmatig overleg met verschillende mensen, zowel de doener, de denker als de observator. Elkaar serieus nemen.’
Larissa
‘Simpele casus: ik wilde een schonere buurt, veel plannen bedacht. De gemeente is daar nu 3 maanden mee bezig, maar komt met hangend hoofd terug. Hier faalt de gemeente. Ik moet als buurtbewoner iets oppakken, wat de taak van de gemeente is. Ik wil wel dingen doen, maar de gemeente weet het ook niet. En daar moet iets aan gebeuren. Daarom ben ik voor de ‘dingen doen’-kant.’
Jan
‘Dat kan in feite de opzet zijn voor een systeemoplossing.’
Nico
‘We moeten nog meer mensen, en vooral ook organisaties aantrekken. Buurtteams zouden betrokken moeten worden bij schoon en veilig, en educatie.’
Jan
‘Die buurtteams zijn inderdaad belangrijk en zijn in feite al de buurtblikvangers, of zouden het kunnen zijn. Ogen, oren en neus.’
Susie
‘We moeten het ook hebben over hoe Nieuw-West is veranderd in de loop der jaren. Verstedelijking, individualisering. Is het wel realistisch om in te zetten op verbinding? Hoe kunnen we structureel/ systemisch dingen aanpakken? Ik denk aan een emballagesysteem, waarmee goed gedrag wordt beloond.’
Jan
‘Statiegeld op kleine flesjes blijkt goed te werken, die zie je veel minder in het veld, en dat gaat met blik ook gebeuren. Ik word er blij van als ik een verdwaald stuk vuil uit de natuur haal, maar de parkeerplaatsen schoonprikken zie ik niet als mijn taak. Dat moet de eigenaar van de desbetreffende plek doen.’
Judith
‘Afval producerende bedrijven en winkeliers moeten daar een mate van eigenschap over dragen. Maar veel mensen denken ook: ik betaal hier belasting voor, laat de gemeente het maar opruimen.’
Anne
‘HFC houdt het gebied rondom de tent blijkbaar wel schoon, maar onze speeltuin ligt er nog steeds mee vol. Ik heb ze er wel op aangeschreven.’
Jorine
‘Er moet ook met ander materiaal gewerkt gaan worden, denk bijvoorbeeld aan het Holle Bolle Gijs-idee voor afval. Maar vaak past het niet binnen een bepaald beleid. Successen op locaties boeken, ervaring, contacten; dan kan het breder uitgezet gaan worden.
Stefanie
‘In het kader van doen, zijn er leuke dingen te bedenken. Spreek de merken aan, zoals het meest vervuilende drankje (caprisun). Dat is effectief. Systematisch oplossen zou gaan om ‘hoe voorkom je dat die troep los verkocht wordt?’ bijvoorbeeld. Ook betere organisatie van veegploegen is belangrijk; dus pas na het grofvuil vegen, en als het vertraagd is, daar op inspelen etc.. De gemeente moet gaan doen, en dan denken wij verder na over het systeem.’
Jan
‘Nu we iedereen gehoord hebben, wil ik Jeroen en Peter vragen of ze aan de hand daarvan hun mening nog willen bijstellen.’
Jeroen
‘Ik stel m’n mening niet bij. We willen allemaal naar systeemoplossing toe. Maar voor we bij systeemoplossing aankomen, moeten we doen. Het zijn geen tegenstellingen, alleen twee sporen. Ik snap Peters opstelling t.o.v. containeradoptanten en sleutels, maar ik ben het er niet mee eens.’
Peter
‘Er zijn al een aantal goede systeemoplossingen. Denk aan Amsterdam plasticvrij in 2030 en Amsterdam zerowaste in 2050. Er zijn mooie punten aan de horizon. De vraag vanavond is hoe we daar komen. Mooi voorbeeld is het stuk dat in het Parool stond, over een bewoner die al tien jaar bijplaatsingen naast een container fotografeert, waar ze tegenover woont. Geweldige collectie foto’s. Toen de teammanager afval en grondstoffen Nieuw-West dat zag, kon deze direct constateren waar het fout ging; die container was veel te klein voor het gebied en hij staat op de verkeerde plek. Dat is om gek van te worden. En zo moeten we het proberen op te lossen: kijk vanuit je eigen perspectief en kijk wat je kunt doen, wat effectief is. Hoe kom je samen op dat verhaal? We hebben zowel professionals als de stem van de buurtbewoners nodig. Wanneer worden bestuurders zenuwachtig? Op het moment dat stukken in de krant komen!’
Tijdens de rondvraag wil Pieter graag opmerken dat hij Osdorp niet als getto wil laten bestempelen (zoals aangegeven door Judith). Hierop ontstaat een korte discussie, waarna Jan toelicht dat Judith een vergelijking maakt met het getto; ze heeft er een gevoel bij. Los daarvan licht Jan toe dat een indeling in wijken bijna niet meer te doen is, maar dat je beter een indeling van buurten kunt maken, dat maakt het kleiner. Iedere buurt heeft een ander probleem. Zo is het Noorderhof haast een enclave, daar is niets aan de hand.
Jolanda
‘Ik zie vaak dat mensen hun container niet goed gebruiken. Alleen vuilniszakken gooien ze erin, maar emmertjes en ander klein spul mag erin. Alles wat erin past, mag er ook in. Communicatie is dus belangrijk.’
Larissa
‘Hoe bereik je mensen? Ik loop tegen grenzen aan. Laten we daar de volgende vergadering over nadenken.’
Jan
‘Alles is gezegd, maar lang nog niet alles is gedaan. Bewoners en gemeente dienen hetzelfde doel, vanuit meerdere sporen.’
Anne wil nog een laatste vraag in de groep gooien: ‘Ik zag laatst iemand een plee ergens neerzetten waar het niet mocht, en ik wist niet wie ik daarover moest benaderen. Wie bel ik dan? De wijkconciërge of buurtmanager? De gebiedsambtenaar of wijkagent?’
Uit de groep komt naar voren dat dit een belangrijk actiepunt is, want wie je moet benaderen, verandert nogal eens. Er zou een vast telefoonnummer voor handhaving moeten komen. Als je buurtblikvanger bent, heb je dat namelijk nodig. Zoals de containeradoptant een whatsappgroep heeft, zou de buurtblikvanger een telefoonnummer moeten hebben. Hoe pakken we dit op? Dit is een onderwerp dat in een volgende vergadering zeker aan bod zal komen.